Vijf bevindingen uit de pilot voor opzetten database bedrijventerreinen

Als startpunt voor het opzetten van een landelijke database van gebruikersdata van bedrijven op bedrijventerreinen heeft I&O Research in opdracht van de provincie Noord-Holland een pilot uitgevoerd op drie bedrijventerreinen in die provincie. De pilot heeft een aantal bruikbare inzichten opgeleverd.
15 april 2021 | Ralf ten Hove & Gerben Huijgen | #bedrijven #economie #LISA #ondernemers #vestigingen

I&O Research heeft het initiatief genomen om een landelijke database van gebruikersdata van bedrijven op bedrijventerreinen samen te stellen. Door bestaande registraties aan elkaar te koppelen en deze te ijken en verrijken met veldwerk op bedrijventerreinen willen we een database bouwen met een zo hoog mogelijke datakwaliteit. Een database met een set van relevante indicatoren die nog niet eerder in kaart zijn gebracht, zoals informatie over de kwaliteit van panden, kavels en openbare ruimte en de aanwezigheid van diverse voorzieningen. Als eerste aanzet voor de database is in opdracht van de provincie Noord-Holland een pilot uitgevoerd op drie bedrijventerreinen in die provincie.

De belangrijkste bevindingen uit de pilot op een rij

1. Bestaande registraties sluiten niet naadloos op elkaar aan
De dataset voor de pilot omvat alle registraties uit het Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG) en het LISA-vestigingenregister die binnen de ruimtelijke contouren van de drie bedrijventerreinen vallen. Na samenstelling van de twee bronnen blijkt dat ongeveer zestig procent van de registraties tussen beide overeenkomt. Het overige deel van de dataset bestaat daarmee uit unieke registraties uit een van beide bronnen.

2. Gegevens in registraties komen grotendeels overeen met waarnemingen ter plekke
Een check op indicatoren uit de bestaande registraties, zoals de naam en SBI-activiteit van het bedrijf en de status en het gebruiksdoel van het pand, leert dat deze grotendeels overeenkomen met de waarnemingen ter plekke. Voor het overige deel zijn ontbrekende gegevens door middel het veldwerk op locatie aangevuld, variërend van 4 tot 23 procent per indicator. Daarnaast is de database verrijkt met gegevens die tot op heden niet werden geregistreerd, zoals leegstand van vestigingen.

3. Beoordeling op locatie levert 21 nieuwe indicatoren op
Door middel van de schouw op locatie is het gelukt om 21 nieuwe indicatoren in kaart te brengen. Daarbij gaat het om kwaliteitsindicatoren (zoals kwaliteit van openbare ruimte, parkeerdruk en gevoel van veiligheid), maar ook om aanwezigheid van voorzieningen, bijvoorbeeld op het gebied van duurzaamheid. Zo zijn bij 2 procent van de panden zonnepanelen vastgesteld en blijkt dat er bij een op de acht bedrijfspanden laadpalen staan.

4. Database als benchmarktool voor bedrijventerreinen
De resultaten maken op een overzichtelijke wijze de verschillen zichtbaar tussen alle indicatoren op de drie bedrijventerreinen uit de pilot. Dit is een mooie opmaat voor een uitgebreidere benchmarktool.

5. De pilot levert belangrijke inzichten op voor het verder opzetten van de landelijke database
Denk daarbij aan het koppelen van bestaande registraties, het registreren van de bevindingen ter plekke en toewijzen van indicatoren aan juiste eenheden. Inzichten die ons verder helpen bij het ontwikkelen en opzetten van de database.

Rapportage

Voor een uitgebreidere beschrijving van de werkwijze en bevindingen uit de pilot verwijzen we u naar deze rapportage.

We vertellen u graag nog veel meer over Ipsos I&O.


Neem contact op

afbeelding

Ralf ten Hove

Onderzoeker

afbeelding

Gerben Huijgen

Algemeen directeur

Willen weten...
Herkent u zich daarin? Schrijf u in voor onze nieuwsbrief

  • Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.