Politieke peiling: nog geen gamechangers

In de I&O-peiling van 28 februari (die liep van vrijdagmiddag 18 uur tot en met maandag 8 uur) zien we geen grote wijzigingen ten opzichte van twee weken geleden.
01 maart 2018 | Peter Kanne

Kiezers stemmen vooral inhoudelijk

In de I&O-peiling van 28 februari (die liep van vrijdagmiddag 18 uur tot en met maandag 8 uur) zien we geen grote wijzigingen ten opzichte van twee weken geleden. De VVD blijft virtueel aan kop gaan met 25 zetels (was 24). De PVV daalt niet verder en staat nu op 22 zetels (was 20). 50 Plus levert drie zetels in. GroenLinks behaalt met 20 zetels de hoogste score tot nu toe.

Men stemt vooral inhoudelijk

Kiezers bepalen hun keuze vooral op inhoudelijke gronden. Men kijkt naar het partijprogramma, ideologie en of de partij opkomt voor mensen zoals zijzelf. Ook een stabiel bestuur van het land of goede oppositie vindt men belangrijk. De persoon van de lijsttrekker telt minder – voor één op de vijf – mee. De lijsttrekker geeft, na de inhoud, relatief vaak de doorslag bij GroenLinks (Jesse Klaver) en VVD (Mark Rutte). Kiezers van VVD (57%) en CDA (51%) vinden dat vooral deze partijen zorgen voor een stabiel bestuur van het land. Opvallend genoeg scoort regeringspartij PvdA op dit aspect met 32% even hoog als oppositiepartij D66 (33%).

Invloed ‘events’

In deze peiling besteedden we speciale aandacht aan drie gebeurtenissen: twee debatten (RTL- en Radio 1-debat), de manier waarop Henk Krol de verlaging van de AOW-leeftijd verdedigde en de aanval in de Telegraaf op Jesse Klaver. Geen van deze ‘events’ lijkt beslissende beweging in de verkiezingsstrijd te bewerkstelligen.

Debatten RTL en Radio 1 hebben weinig invloed

Het RTL-debat lijkt weinig tot geen invloed te hebben gehad op het voorgenomen stemgedrag en de waardering voor de lijsttrekkers. Onder de debatkijkers scoren de kopstukken die eraan deelnamen hoger dan degenen die er niet aan deelnamen, met uitzondering van Roemer. Maar dit komt vooral doordat kiezers van CDA, D66, GroenLinks, PvdA en SP vaker keken naar het debat dan kiezers van PVV en VVD. Pechtold werd door degenen die het RTL-debat zagen het vaakst als winnaar aangewezen, maar D66 profiteert daar electoraal niet van en Pechtold steeg niet in overall waardering (stabiel op een 6,0). Er is weinig verschil in de periode voor of na het debat.

Rutte – die net als Wilders niet meedeed – wordt net zo goed gewaardeerd door de debatkijkers als de niet-kijkers; Wilders wordt door debatkijkers wel lager gewaardeerd dan door niet-debatkijker, maar zowel VVD als PVV zijn stabiel in de peiling.

Van het Radio 1-debat kregen beduidend minder kiezers iets mee en de ‘winnaar’ was nog minder duidelijk. Het effect van dit debat lijkt daarmee nog beperkter dan het RTL-debat.

AOW-geklungel kost 50 Plus zetels

Van deze drie situaties heeft het verdedigen van de verlaging van de AOW door Henk Krol de meest (aantoonbare) invloed. 50 Plus daalt van 7 naar 4 zetels en de waardering voor Henk Krol daalde van een 4,5 naar een 4,0. Voor de helft van degenen die twee weken geleden nog 50 Plus wilden stemmen, heeft zijn optreden in sterke of beslissende mate meegespeeld om 50 Plus de rug toe te keren.

Jesse Klaver weinig last van aanval Telegraaf

Op zaterdag 18 februari nam de Telegraaf Jesse Klaver kritisch onder de loep. De krant noemde zijn jeugdverhalen ‘op z’n minst aangedikt’. Ook daarna werd Jesse Klaver vanuit verschillende kanten aangevallen. Deze publiciteit lijkt evenmin veel invloed te hebben gehad. Voor slechts 4 procent had dat grote invloed op het voorgenomen stemgedrag. De waardering voor Jesse Klaver daalde (van een 6,3 naar een 6,1, waardoor hij Gert-Jan Segers moet voorlaten als meest populaire lijsttrekker), maar in zetels is GroenLinks stabiel.

Verantwoording

Dit blijkt uit landelijk representatief onderzoek van I&O Research onder 3.043 Nederlanders van 18 jaar en ouder. Het onderzoek werd uitgevoerd van vrijdag 24 tot en met dinsdagochtend 28 februari 2017. Van vrijdag tot maandag vulden n = 2.333 respondenten de vragenlijst in, van maandag tot dinsdagochtend n = 710.

De onderzoeksresultaten zijn herwogen na herweging op geslacht, leeftijd, regio en opleidingsniveau.

Bij onderzoek is er sprake van een betrouwbaarheidsinterval en onnauwkeurigheidsmarges.

De zetelpeilingvraag is gebaseerd op diegenen die zeggen ‘zeker’ te gaan stemmen. Dit betref n=1.991 respondenten. In dit onderzoek gaan we uit van een betrouwbaarheid van 95%. Bij de belangrijkste uitkomsten is er sprake van een marge van plus of min 1 à 3 procent. Bij de score voor de VVD (16,2%) is er sprake van een marge van plus of min 1,6%. De VVD scoort dus tussen de 14,6 en 17,8%.

We vertellen u graag nog veel meer over Ipsos I&O.


Neem contact op

afbeelding

Peter Kanne

Senior onderzoeksadviseur

Willen weten...
Herkent u zich daarin? Schrijf u in voor onze nieuwsbrief

  • Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.