Klimaatverandering aanpakken, maar het mag financieel geen pijn doen (deel III)
Dat Nederland gepolariseerd is op belangrijke thema’s, is bekend. In opdracht van de Volkskrant onderzocht I&O Research vier grote thema’s voor de aankomende verkiezingen: klimaat, stikstof, immigratie & asiel en inkomen, armoede & bestaanszekerheid. We gingen op zoek naar de verschillen in de opvattingen van kiezers, maar vooral ook naar de overeenkomsten. Met als uitgangspunt de vraag: ‘Maar waar zijn we het dan wel over eens?’
Vandaag publiceert de Volkskrant het derde verhaal over dit onderzoek: over klimaat. Daar leest u over in het onderstaande artikel. Eerder besteedden we aandacht aan het overkoepelende beeld uit het onderzoek en het thema immigratie en asiel. We publiceren gelijktijdig de delen van het rapport over de desbetreffende thema’s.
Driekwart wil klimaatbeleid handhaven of intensiveren
Dat klimaatverandering een probleem is dat door de mens veroorzaakt is en dat aangepakt moet worden, daar zijn de meeste Nederlanders het over eens. Ruim vier op de tien Nederlanders (44%) vinden dat een volgend kabinet meer moet doen om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen dan het huidige kabinet-Rutte IV doet; drie op tien willen het huidige beleid voortzetten.
Figuur 1: Vindt u dat een volgend kabinet meer, minder of ongeveer evenveel moet doen om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen? (Met ‘evenveel’ bedoelen we de plannen en het beleid van het kabinet-Rutte IV m.b.t. het verminderen van de uitstoot van broeikasgassen)
Basis: allen (n = 1.959).
In onze politieke peiling zien we dat klimaatverandering langzaam een minder urgent verkiezingsthema wordt. I&O-onderzoeker Peter Kanne in de Volkskrant: ‘Kiezers vinden wonen, zorg, migratie en armoedebestrijding belangrijker of net zo belangrijk. De mening van kiezers over klimaatbeleid wordt daardoor minder bepalend voor de lijn van een volgend kabinet.’
‘Bedrijven moeten grootste bijdrage tegen klimaatverandering leveren’
Ook wordt breed gedragen dat de grootste bijdrage voor verduurzaming bij bedrijven moet liggen – en burgers een relatief kleine verantwoordelijkheid dragen. We vroegen respondenten aan te geven wie welke bijdrage moet leveren aan het tegengaan van klimaatverandering door 100 punten te verdelen. Een derde van de punten komt bij de bedrijven te liggen en kiezers van zowel VVD, NSC als GroenLinks-PvdA staan daar eensgezind in. Burgers geven zichzelf maar 13 van de 100 punten.
Figuur 2: Welke groep moet hoeveel bijdragen aan het tegengaan van klimaatverandering?
Getoond in figuur: gemiddeld aantal punten toegekend, naar politieke voorkeur (VVD, NSC, GL-PvdA).
I&O-onderzoeker Maartje van de Koppel zegt hierover in de Volkskrant. ‘Je ziet heel duidelijk dat mensen op zoek zijn naar de sterkste schouders om deze lasten te dragen. Bedrijven en rijkere mensen. Hoe je klimaatbeleid rechtvaardig kan aanpakken is duidelijk een grote uitdaging voor de politiek.’
Alleen hoogste inkomens kunnen en willen bijdragen
Dat burgers voor zichzelf een bescheiden rol zien, komt vooral omdat ze vinden dat concrete maatregelen ze financieel niet te veel pijn mogen doen: de benzineprijzen mogen niet stijgen (vindt 68%), subsidies voor verduurzaming (zoals zonnepanelen) moeten juist worden behouden of zelfs worden opgehoogd (vindt 66%).
Dit is niet alleen een kwestie van ‘onwil’: onder de laagste inkomens zegt de helft door duurzaamheidsmaatregelen financieel in de knel te komen. Alleen onder de minstens dubbelmodale inkomens (goed voor circa 2 procent van de Nederlandse huishoudens) is de meerderheid zowel in staat als bereid om zelf welvaart in te leveren in de strijd tegen klimaatverandering.
Figuur 3: Stellingen over financiële lasten klimaatbeleid, naar inkomen
‘In hoeverre bent u het eens of oneens met onderstaande stellingen?’ Basis: allen (n = 987).
Ambitie ligt vooral bij jongeren, hoger opgeleiden en links-progressieven
Voorbij inkomen zien we dat met name jonge, hoger opgeleide en links-progressieve kiezers zich in (grote) meerderheid achter een ambitieuzer klimaatbeleid scharen én over het algemeen ook bereid zijn om daarvoor in te leveren.
Onder rechts-conservatieve kiezers – met name degenen die PVV, BBB, FvD en deels ook NSC overwegen – leeft het meeste weerstand. Centrumrechtse kiezers, die vooral naar VVD, NSC, CU en CDA kijken, staan niet in meerderheid te trappelen voor klimaatmaatregelen. Maar toch is een flinke minderheid van hen wel bereid om (zelf of als land) in te leveren voor noodzakelijke verduurzaming (circa 35 tot 40%). Het liefst houden zij vast aan het klimaatbeleid dat er al ligt.
Rechtse kiezers willen wél graag kernenergie
De enige maatregel waar kiezers centrumrechtse en rechts-conservatieve kiezers wél duidelijk enthousiast over zijn (en over de jaren enthousiaster over zijn geworden), is kernenergie – iets waar links-progressieve kiezers juist niet warm voor lopen.
Figuur 4: ’Om de vraag naar energie op te kunnen vangen moeten er meer kerncentrales gebouwd worden in Nederland’ Naar politieke voorkeur. Getoond in figuur: percentage (helemaal) eens. Basis: allen (n = 987).
Onderzoeksverantwoording
I&O Research voerde dit onderzoek uit in opdracht van de Volkskrant. Het onderzoek vond plaats van maandag 2 tot dinsdag 10 oktober 2023. In totaal werkten 1.959 Nederlanders van 18 jaar of ouder mee aan dit onderzoek. De steekproef is volledig getrokken in het I&O Research Panel. In hoofdstukken 3 t/m 6 worden soms stellingen gerapporteerd die aan de helft van de steekproef zijn voorgelegd (omdat de vragenlijst anders te lang zou worden). Ook deze steekproef is representatief voor de Nederlanders 18+.
Peter Kanne
Senior onderzoeksadviseur
Maartje van de Koppel
Onderzoeker