Helft Nederlanders: stimulering elektrische auto’s belangrijk voor samenleving

Twee op drie Nederlanders willen dat de overheid CO2-uitstoot van auto- en vrachtverkeer terugdringt. Ruim de helft vindt stimuleringsbeleid voor elektrische auto’s belangrijk voor de samenleving. Wel is er onduidelijkheid over hoe eerlijk dit beleid uitpakt en hoe goed het de overheid zal lukken om dit beleid in te voeren en te handhaven. Dit blijkt uit onderzoek van I&O Research in opdracht van het ministerie van Infrastructuur & Waterstaat.
29 maart 2022 | Nathalie Theelen & Peter Kanne

Twee derde van de Nederlanders vindt dat de overheid de CO2-uitstoot van het auto- en vrachtverkeer moet terugdringen. Ruim de helft (53 procent) vindt stimuleringsbeleid voor elektrische auto’s vanuit de overheid belangrijk voor de samenleving. Wel is er onduidelijkheid over hoe eerlijk dit beleid uitpakt en hoe goed het de overheid zal lukken om dit beleid in te voeren en te handhaven. Dit blijkt uit onderzoek van I&O Research in opdracht van het ministerie van Infrastructuur & Waterstaat.

Twee derde vindt dat overheid CO2-uitstoot verkeer moet terugdringen

We legden deelnemers aan dit onderzoek het volgende voor:

“Een probleem voor Nederland is dat auto’s en vrachtverkeer zorgen voor een vijfde van de totale CO2-uitstoot van Nederland. Die uitstoot moet worden teruggedrongen om onze klimaatdoelen te behalen.”

Twee op drie Nederlanders (65%) vindt het essentieel tot belangrijk dat dit probleem nu door de overheid wordt aangepakt. Eén op de tien Nederlanders vindt dit zelfs essentieel. Ruim een kwart (27%) vindt dit niet zo of helemaal niet belangrijk.

Belang samenleving groter dan eigen belang

53 procent van de Nederlanders vindt stimuleringsbeleid voor elektrische auto’s vanuit de overheid belangrijk voor de samenleving. Men vindt het per saldo belangrijker voor de samenleving dan voor hun eigen leven.
Gevraagd naar het mogelijke effect van dit beleid blijkt 42 procent te denken dat dit beleid positief gaat werken, 14 procent verwacht een negatief effect. 44 procent van de Nederlanders heeft een neutraal oordeel of weet het niet.

Onduidelijkheid over eerlijkheid en implementatie

Veel Nederlanders hebben geen uitgesproken mening over de eerlijkheid van dit beleid: 53 procent van hen antwoord namelijk ‘neutraal’ of ‘weet niet’. Degenen die wel een oordeel hebben vinden iets vaker dat dit beleid oneerlijk (25 procent) is dan eerlijk (22 procent).
De helft van de Nederlanders denkt niet dat het de overheid lukt om dit beleid in te voeren en te handhaven. Een derde van de bevolking denkt dat dit wel gaat lukken.

Politieke verschillen en overeenkomsten

Interesse in het probleem, het belang om dit nu aan te pakken en relevantie voor de samenleving is ongeacht politieke voorkeur breed gedragen in de samenleving. Kiezers van GroenLinks en PvdD vinden dat het vaakst “essentieel”, maar ook kiezers van coalitiepartijen VVD, D66, CDA en ChristenUnie vinden dit in meerderheid belangrijk. PVV- en JA21-kiezers vinden het als enige niet zo belangrijk[1].

Er is meer diversiteit tussen de achterbannen van partijen als het gaat om het belang voor hun eigen leven, het verwachte effect, invoering en handhaving. Linkse en progressieve stemmers, met name van GroenLinks, PvdD, PvdA en D66 staan aan de ene zijde en zien het positief in. Kiezers van PVV en JA21 staan aan de andere kant. De achterban van de SP wijkt sterk af van andere linkse partijen, slechts 2 procent vindt dit beleid bijvoorbeeld eerlijk.


[1] O.a. FvD is niet meegenomen in deze uitkomsten vanwege een te laag aantal waarnemingen.

Leeftijd en opleiding maken verschil

Een jonge leeftijd, hoge opleiding en het overwegen van een elektrische auto zijn factoren die meespelen. Deze groepen Nederlanders zien vaker het belang voor de samenleving. Zij zien meer de noodzaak dat het nu ingevoerd moet worden. Bovendien denken zij vaker dat het stimuleringsbeleid effect gaat hebben op het probleem, waar zij ook meer interesse in hebben.

Daarnaast hebben mannen een meer uitgesproken mening dan vrouwen. Zij vinden het beleid vaker eerlijk én oneerlijk en schatten het effect positiever én negatiever in.

Verantwoording

Dit onderzoek vond plaats van vrijdag 3 tot maandagochtend 6 december 2021. De vragen van dit draagvlakonderzoek werden voorgelegd aan n=1.046 respondenten. De onderzoeksresultaten zijn gewogen op geslacht, leeftijd, regio, opleidingsniveau en stemgedrag bij de Tweede Kamerverkiezingen in maart 2021. Hiermee is de steekproef representatief voor de kiesgerechtigde Nederlandse inwoners (18+), voor wat betreft deze achtergrondkenmerken.

Download het rapport hier of kijk op de website van Nederland elektrisch.

We vertellen u graag nog veel meer over Ipsos I&O.


Neem contact op

afbeelding

Nathalie Theelen

Onderzoeker

afbeelding

Peter Kanne

Senior onderzoeksadviseur

Willen weten...
Herkent u zich daarin? Schrijf u in voor onze nieuwsbrief

  • Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.