Coronacrisis onderstreept het belang van mantelzorg

De coronacrisis was zwaar voor mantelzorgers en zorgvragers. Het mooie is dat een deel van hen wel het gevoel had dat er door corona meer aandacht is gekomen voor hulp geven aan anderen en dat mensen meer klaar stonden voor anderen, helemaal als er hulp of zorg nodig was. Bovendien voelden de meeste mantelzorgers zich (nog) niet overvraagd en is een deel van hen zelfs in staat in de toekomst meer mantelzorg te geven.
24 september 2021 | Naïma van Huizen & Roy van der Hoeve | #beeldbellen #coronacrisis
Coronacrisis onderstreept het belang van mantelzorg

Net als alle andere Nederlanders (en de rest van de wereld) hadden ook mantelzorgers en mensen die mantelzorg ontvangen (zorgvragers) de afgelopen anderhalf jaar te maken met de coronacrisis. I&O Research onderzocht wat de ervaringen zijn van mantelzorgers en zorgvragers tijdens de coronacrisis en wat de effecten van de coronacrisis waren op deze mantelzorg. Dit onderzoek vond begin juni 2021 plaats onder 1298 mantelzorgers en 1090 zorgvragers, allen afkomstig uit het I&O Research Panel.

Minder gelukkig door coronacrisis

De coronacrisis en de maatregelen om deze te bestrijden hadden bij een deel van de mantelzorgers en zorgvragers effect op hun mentale gezondheid. Ruim een derde van de mantelzorgers voelde zich door de coronacrisis minder gelukkig, onder zorgvragers lag dit aandeel met 43 procent nog hoger. Toch had de coronacrisis ook bij een aanzienlijk deel van de mantelzorgers en zorgvragers geen effect op het geluk. Respectievelijk 56 procent en 47 procent voelde zich even gelukkig als voor de coronacrisis. De belangrijkste redenen voor mantelzorgers en zorgvragers om zich minder gelukkig te voelen was de angst voor besmetting met het coronavirus, de beperkte sociale contacten en het wegvallen van activiteiten.

Groot deel zou het niet redden zonder mantelzorg

Mantelzorg speelt een grote rol in het leven van de zorgvragers, met name bij hen die dagelijks of meerdere keren per week mantelzorg ontvangen; zowel 60 procent van de intensieve zorgvragers als van de intensieve mantelzorgers denkt dat zij/hun zorgvragers zich niet goed kunnen redden zonder de mantelzorg. Mét de mantelzorg denkt 20 procent van de intensieve mantelzorgers dat de zorgvrager zich nog steeds niet goed kan redden. Van de zorgvragers met intensieve mantelzorg denkt slecht 10 procent zich ook met de mantelzorg niet goed te kunnen redden.

Verlenen mantelzorg zwaarder door coronacrisis

Het verlenen van mantelzorg is tijdens de coronacrisis voor een deel van de mantelzorgers zwaarder geworden. Voor de coronacrisis vond ongeveer 30 procent van de mantelzorgers het geven van de zorg redelijk tot zeer zwaar. Tijdens de coronacrisis nam dit toe naar 40 procent. Ook verdubbelde het aandeel mantelzorgers dat de zorg zwaar tot zeer zwaar vond van 8 naar 16 procent. Onder mantelzorgers die dagelijks zorg verlenen steeg dit van 14 procent voor naar 22 procent tijdens de coronacrisis.

Hiermee gepaard gaat dat 23 procent van de mantelzorgers minder tijd had voor zichzelf en 41 procent minder tijd had voor naasten door de coronacrisis en de mantelzorg die zij verlenen. Voor dagelijkse mantelzorgers lag dit nog hoger (respectievelijk 42% en 50%).
Naast dat het verlenen van de zorg zwaarder werd, was het volgens 45 procent van de mantelzorgers ook (veel) moeilijker om mantelzorg te verlenen. Dit kwam doordat zorgvragers minder hulp ontvangen van anderen naast de mantelzorg, mantelzorgers bang waren om hun zorgvragers te besmetten met corona en zij door deze angst en de maatregelen minder mogelijkheden hadden voor ontspanning (buitenshuis) naast de mantelzorg. Toch heeft de overgrote meerderheid van 68 procent van de mantelzorgers niet het gevoel dat zij er alleen voor staan als mantelzorgers (13% ervaart wel dat zij er alleen voor staan).

Belang van mantelzorg toegenomen

De coronacrisis leidde ertoe dat mantelzorg voor de zorgvragers belangrijker is geworden. Dat gold voor ruim de helft van de mantelzorgers en vier op de tien zorgvragers. Toch kon bijna een kwart van de mantelzorgers minder zorg geven dan nodig was. Hierbij gaat het met name om mantelzorgers die niet dagelijks maar meerdere keren per week of maand mantelzorg verlenen. De mantelzorgers die dagelijks zorgen wonen veelal in huis bij de zorgvrager en konden dus de zorg op dezelfde manier voortzetten.

Positieve ontwikkelingen

Een deel van de mantelzorgers en zorgvragers ziet ten gevolge van de coronacrisis positieve ontwikkelingen op het gebied van mantelzorg. Zo is er tijdens de coronacrisis meer aandacht gekomen voor hulp aan anderen (volgens ongeveer vier op tien mantelzorgers en zorgvragers) en is het bieden van hulp makkelijker geworden door technologische ontwikkelingen zoals beeldbellen (eveneens circa vier op tien). Volgens een derde zijn mensen flexibeler geworden in het verlenen van de mantelzorg tijdens de coronacrisis, bijvoorbeeld doordat zij nu thuis werken.
Een kwart van de mantelzorgers en een vijfde van de zorgvragers denkt dat anderen meer tijd hebben om mantelzorg te verlenen in de coronacrisis. Een ongeveer even groot deel denkt echter dat dit niet het geval is.

De toekomst van mantelzorg

De mantelzorg werd voor een deel van de mantelzorgers zwaarder en moeilijker tijdens de coronacrisis en zij hielden minder tijd voor zichzelf en (andere) naasten over. Toch heeft slechts 4 procent van de mantelzorgers het gevoel dat zij de mantelzorg niet aankunnen. Wel is een substantieel deel van de mantelzorgers (een kwart) en zorgvragers (ruim een derde) wel eens bang dat de mantelzorger overbelast raakt.

Desondanks geeft twee derde van de mantelzorgers aan meer zorg te kunnen geven in de toekomst mocht dit nodig zijn. Een kwart van de mantelzorgers is in staat deze zorg zelf te geven en 40 procent kan dit doen met een aantal aanpassingen van de zorg of hulp van anderen. Zorgvragers hebben minder goed zicht op of hun mantelzorger meer zorg zou kunnen geven in de toekomst, een kwart geeft aan dit niet te weten. Maar ook van de zorgvragers denkt ongeveer 30 procent meer zorg van de huidige mantelzorger te kunnen vragen, 16 procent mantelzorg van een andere mantelzorger te kunnen ontvangen en 20 procent dat zij wel meer zorg van hun mantelzorger zouden kunnen ontvangen maar willen dit niet vragen.

I&O Research voerde dit onderzoek begin juni 2021 uit onder 1298 mantelzorgers en 1090 zorgvragers. Voor aanvullende informatie en het volledige rapport van dit onderzoek kunt u contact opnemen met Naïma van Huizen of Roy van der Hoeve.

We vertellen u graag nog veel meer over Ipsos I&O.


Neem contact op

afbeelding

Naïma van Huizen

Onderzoeker

afbeelding

Roy van der Hoeve

Onderzoeksadviseur

Willen weten...
Herkent u zich daarin? Schrijf u in voor onze nieuwsbrief

  • Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.