Duurzaam denken wordt (langzaamaan) duurzaam doen

Uit de derde meting van ons onderzoek “Duurzaam denken/duurzaam doen”, uitgevoerd in opdracht van Binnenlands Bestuur, zien we voor het eerst dat de gemiddelde Nederlander duurzamer gedrag vertoont. Nederlanders gaan zuiniger om met energie, vliegen minder, rijden minder auto, eten minder vaak vlees en staan minder lang onder de douche. De verschillen komen ten dele voort uit bewust duurzamer gedrag, en ten dele uit financiële overwegingen of coronamaatregelen.
27 oktober 2022 | Bram Wolf & Nathalie Theelen | #co2 #duurzaamheid #gedragsverandering #klimaat #klimaatverandering

Duurzamer gedrag op vrijwel alle terreinen…

Nederlanders denken overwegend nog steeds duurzaam: ze maken zich zorgen over de opwarming van de aarde, zijn pessimistisch voor de toekomst en vinden dat de overheid maatregelen moet nemen om klimaatverandering tegen te gaan. Hierin zien we ten opzichte van voorjaar 2019 en 2020 slechts enkele, kleine verschillen.
Maar dit jaar zien we voor het eerst dat de gemiddelde Nederlander duurzamer gedrag vertoont: duurzamere verwarmingsmethoden en energiebesparende maatregelen, men vliegt en rijdt minder, eet minder vaak vlees en staat minder lang onder de douche. En men lijkt hier bewuster mee om te gaan. De verschillen zijn soms klein, soms groot, ten dele voortkomend uit bewust ander (duurzamer) gedrag, ten dele uit financiële overwegingen of coronamaatregelen (met name m.b.t. mobiliteit).

….leidt tot een 13 procent lagere CO2-uitstoot

Net als in 2019 en 2020 is op basis van de gedragsvragen uit dit onderzoek een CO2-voetafdruk berekend. Bij de voorgaande onderzoeken was onze conclusie dat duurzaam denken (nog) niet leidde tot duurzaam doen. Dat is nu anders. De gemiddelde uitstoot van Nederlanders is van 1.000 punten in 2019 gedaald naar 875 in 2022. Deze daling van 13 procent doet zich op alle vlakken voor maar is het grootst voor vervoer (-24%) en wonen (-21%). De coronamaatregelen en de energiecrisis spelen hier (ten dele) een rol. Op andere vlakken (zoals minder vaak vlees eten, elektrisch rijden, CO2-compensatie boeken, bijhouden hoe lang men doucht) durven we te zeggen dat hier duurzamer denken aan ten grondslag ligt.

Voorlopers en achterblijvers

Jongeren (18-24 jaar) en 65-plussers hebben de kleinste CO2-voetafdruk (758 en 851). Het gedrag van de middengroepen (25-64 jaar) is het minst duurzaam.
Alle leeftijdsgroepen laten een daling in CO2-uitstoot zien ten opzichte van 2019. De daling is echter het grootst onder jongeren tot 24 jaar (-21%).
Kijken we naar het opleidingsniveau dan blijken middelbaar opgeleiden nu de grootste CO2-uitstoters. Voorheen waren dit de hoger opgeleiden. Zij laten echter een sterke daling (-17%) zien in hun uitstoot. Hoger opgeleiden maken zich, net als in 2019, ook meer zorgen om het klimaat dan lager en middelbaar opgeleiden.

Hoger opgeleiden en jongeren zijn vaker duurzaam uit overtuiging. Deze groepen zijn minder vlees gaan eten, minder gaan vliegen, hebben meer last van vliegwroeging en boeken vaker CO2-compensatie bij een vliegreis. Ook nemen ze vaker de fiets en hebben ze relatief vaak zonnepanelen op het dak liggen.

Lager en middelbaar opgeleiden lijken pas mee te doen als duurzaam gedrag ook kostenbesparend is, bijvoorbeeld door te besparen op energie of minder lang te douchen. In ander gedrag is, vergeleken met 2019, geen verschil of zelfs een toename van niet-duurzaam gedrag zichtbaar. Lager (en middelbaar) opgeleiden eten nog net zoveel vlees en zijn zelfs meer uren gaan vliegen.

Hoe (nog) duurzamer gedrag te bewerkstelligen?

Bijna de helft van de Nederlanders (47%) vindt dat het kabinet Rutte IV meer moet doen om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen, ten opzichte van wat het kabinet bekend heeft gemaakt te gaan doen. Na het aantreden van dit kabinet is dit stabiel te noemen.
Aan de andere kant zien we echter een toename van het aandeel dat vindt dat het kabinet minder (van 10% eind 2021 naar 19% nu). Dit zijn vaak Nederlanders met een lager- en middelbare opleiding, en het zijn vaak rechts-conservatieve kiezers (kiezers van PVV, BBB, JA21 en FvD). Deze groep zal niet makkelijk op argumenten te verleiden zijn tot duurzamer gedrag, waarschijnlijk zijn hier andere middelen (regelgeving, subsidiëren) voor nodig.

Dit onderzoek is een derde meting van “Duurzaam denken/duurzaam doen” in opdracht van Binnenlands Bestuur. Aan het onderzoek werkten 2.300 Nederlanders van 18 jaar en ouder via het I&O Research Panel mee, representatief naar leeftijd, geslacht, opleiding, regio, stemgedrag TK21 en huishoudgrootte. Het veldwerk liep van vrijdag 16 tot en met maandag 26 september 2022.

We vertellen u graag nog veel meer over Ipsos I&O.


Neem contact op

afbeelding

Bram Wolf

Onderzoeksadviseur

afbeelding

Nathalie Theelen

Onderzoeker

Willen weten...
Herkent u zich daarin? Schrijf u in voor onze nieuwsbrief

  • Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.